Vooral de brugklasleerlingen vinden aansluiting bij het vak wiskunde via concreet materiaal als dobbelstenen, vouwblaadjes, puzzels en spelletjes. Om ruimtefiguren te maken gebruiken we rietjes en pijpenragers.
Maar ook derdeklassers kun je activeren met een dobbelsteen-opdracht.
ZES VRAGEN
Deze simpele werkvorm met de dobbelsteen is bij elk thema te gebruiken
- zet een woord op het bord
- zet zes vragen op het bord, zoals maak een tekening bij dit woord, of beeld een begrip uit
- geef elk groepje een dobbelsteen en laat de groepjes 5 à 10 minuten hun gang gaan
- zet een nieuw begrip op het bord voor elke volgende ronde
(metacognitieve vaardigheid: laat de leerlingen de zes vragen bedenken)
EERLIJKE DOBBELSTEEN?
Geef elk tweetal een dobbelsteen en laat minstens 100 keer werpen. In een frequentietabel wordt gescoord hoe vaak elk aantal ogen geworpen wordt.
TAFELS OEFENEN
In een groepje om beurten werpen met twee dobbelstenen. Reken snel het product uit.
Er zijn ook dobbelstenen met 8, 10 of 12 kanten...
CATAN, WERPEN MET TWEE DOBBELSTENEN
Met twee dobbelstenen kun je van 2 t/m 12 als uitkomst werpen.
Als je dat in een frequentietabel uitzet, kun je ontdekken waarom in het spel De Kolonisten van Catan vaker 6, 7 of 8 wordt gegooid.