Neem een woord van 7 letters, bijvoorbeeld WEEKEND.
Bedenk terwijl je aan het leren bent op een los blaadje 7 vragen, en schrijf er drie mogelijke antwoorden achter, elk voorzien van een hoofdletter.
Als de 7 vragen goed beantwoord worden vormen de bijbehorende letters het woord.
Goed nabespreken van de fouten is extra leerzaam!
1. Hoeveel grensvlakken heeft een kubus?
a) vier (A)
b) vijf (N)
c) zes (W)
2. Hoe heet een driehoek met één rechte hoek?
a) rechte driehoek (O)
b) rechthoek (S)
c) rechthoekige driehoek (E)
3. Hoe heet een ruimtefiguur die als grensvlakken zes rechthoeken heeft?
a) balk (E)
b) rechthoek (L)
c) kubus (N)
a) waar (K)
b) niet waar (I)
c) dit is een piramide (G)
5. Een vierzijdige piramide heeft:
a) vijf grensvlakken (E)
b) vier grensvlakken (F)
c) acht grensvlakken (O)
6. Het aantal ribben van een kubus is:
a) vier (L)
b) acht (M)
c) twaalf (N)
7. Een euromunt is geen cilinder.*
a) waar (E)
b) niet waar (D)
Zo'n vraag met geen of niet erin is extra lastig!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten