donderdag 24 december 2015

TIPS hoe schoolvakken te verbinden met het dagelijks leven

Hoe kun je een schoolvak verbinden met het dagelijks leven?
Vaak blijven er schotjes staan tussen de verschillende schoolvakken onderling; en zoeken leerlingen niet vanzelfsprekend verbinding tussen leerstof en belevingswereld.

Tip 1: Leerlingen zelf aan het denken zetten
Geef het verbinden aan de belevingswereld expliciet als opdracht aan je leerlingen:
"Maak een begrippennet (mindmap) van de leerstof, en plak of teken er veel plaatjes omheen!"
 Je ziet dan waar leerlingen zelf mee komen, en kunt dat samen aanvullen.
Tip 2: Voorkennis activeren
Bij de start van een nieuw onderwerp is een geschikte vraag:
"Waar kom je dit begrip tegen?"  Je kunt samen met de klas de inbreng in een begrippennet zetten.
Voorbeeld: de vraag "Waar gebruik je negatieve getallen?" levert al snel op: temperatuur, rood staan, negatief doelsaldo; daar kun je de thema's weer, geld, sport uithalen. Bewaar de mindmap; natuurlijk kom je er later in het programma op terug.

Tip 3: Met een context-bril opgaven lezen
Lees samen met leerlingen (examen-) opgaven, en stel vóórdat er aan oplossingen gewerkt de vraag:
"waar speelt deze opgave zich af?". Het antwoord, bijvoorbeeld in een scooterwinkel, maakt leerlingen bewust van de context en legt misschien verbinding hun dagelijks leven. Deze bewustwording gaat niet vanzelf.

Tip 4: Naar beroep of functie vragen
"In welke werk is deze vaardigheid nodig?" is dan de vraag. Je kunt niet meer denken in de klassieke beroepen als loodgieter of boer, maar meer in werkterreinen of functies.
Zelf krijg ik bij wiskunde-onderwerpen soms als antwoord: "als je wiskunde-docent wordt". Klopt helemaal. Soms kan het antwoord ook "op vakantie" zijn.

Tip 5: Ouders inschakelen
Met internet kunnen we de alles dichtbij halen, de uitgevers maken prachtige boeken en online lesmateriaal, maar ouders en docenten blijven belangrijke schakels tussen dagelijks leven en leerstof. Je kunt ouders coachen om regelmatig met hun kind op zoek te gaan naar antwoorden op de vraag "Waarom moet je dat leren?".

Tip 6: Gastdocenten uitnodigen
In je vrienden-kring of stage-contacten zijn vast goede vertellers te vinden. Zij hebben veel zeggingskracht.

Tip 7: Tijdschriften laten slingeren
Dit lijkt een flauwe tip, maar er wordt gebruikt gemaakt van de natuurlijke nieuwsgierigheid van kinderen. Ze gaan er in bladeren en komen jouw vak tegen. Het werkt ook als je een uitdagend spelletje op je tafel hebt liggen, of een doos met een vraagteken er op.
 


zondag 30 augustus 2015

Groene start van het schooljaar

Ons wiskunde/ rekenlokaal heeft een frisse groene kleur gekregen. Volgens sommigen te fris, maar ik ben er heel blij mee. Ik houd wel van groen. In de vulpen waarmee ik proefwerken nakijk zit zelfs groene inkt. Dat is een uitdrukking van positief denken.

In de tv-reclame hoorde ik zojuist voor 't eerst de term groen bloed.; misschien heb ik wel groen bloed geërfd van mijn oma en ouders. Met liefde voor de natuur en voor groei, en de passie voor onderwijs...

Dit schooljaar ga ik weer vol voor de promotie van actief leren. Mijn eigen klassen zullen er aan moeten geloven dat ik van hen steeds een Bewijs van Leren wil zien. En ik heb als groen voornemen om veel passende werkvormen te zoeken.

dinsdag 5 mei 2015

Ontspannen examen doen, zeven tips

1. Bedenk dat je al heel veel weet. Opletten in de lessen, huiswerk maken en hoofdstukken leren; dat heb je toch allemaal gedaan?! Je docenten hebben je voorbereid op wat je te wachten staat.

2. Maak een planning. Op een groot vel papier, of in een handige app kun je alle leerstof wegzetten. Vervolgens doe je de taken en deeltaken één voor één.


3. Schrijvend leren is een studievaardigheid die je nu echt kunt toepassen; in je volgende opleiding zul je er ook veel plezier van hebben.

4. Zorg voor goede nachtrust en gezonde voeding. Drink veel water of thee.


5. Plan ook ontspanningstijd in: een film kijken, dansen, fietsen, of lekker nietsdoen.

6. Samen leren met lotgenoten zorgt ervoor dat de geïnvesteerde tijd nog beter besteed is.

Tip 7 is een herhaling van mei 2014: Verspil geen tijd...

aan gedoe met je ouders
aan uitstellen van klussen
aan roddelen, bellen, sms-sen, appen
aan smoezen verzinnen
aan tobben
aan examenstress
aan doelloos hangen boven je schoolwerk.
 
Ga actief leren, en maak je werk af!

dinsdag 21 april 2015

Rekenen met oma

tips voor iedere oma, buurman, ouder of vriend die wil helpen met rekenen.

VRAAG AAN DE LEERKRACHT
Vraag aan de leerkracht op school voor welke onderdelen van rekenen moet worden geoefend. Dat kunnen bijvoorbeeld de tafels zijn, of het cijferend rekenen op papier. Rekenen met breuken of procenten en omrekenen van cm naar dm zijn ook weleens het struikelblok. Op de site van www.juf-hannah.nl  kun je voor alle onderdelen oefenbladen vinden. Er zijn tientallen vergelijkbare sites.

INTERNET
Misschien staat er wel te veel op internet, en kun je moeilijk kiezen. Voor de tablets en smartphones zijn heel veel APPS te vinden, gratis (daar zit dan reclame bij) of voor een klein bedrag. Dure programma's hoef je niet te kopen!
Gebruik handige zoekwoorden op google of youtube, zoals rekenen, breuken, gelijknamig maken, deelsommen enz. Ik heb op Pinterest leuke ideetjes gevonden om zelf te knutselen (maak een waslijn om kaartjes met getallen van klein naar groot op te hangen).
Meld je aan bij www.beterrekenen.nl en je krijgt elke dag vier leerzame sommen!

TAFELS
Voor wie graag iets onder de knie wilt krijgen is oefenen de sleutel naar succes.
De tafels moet je veel oefenen, dat kan in elke vrije minuut. Samen met je mobiel of rekenmachine kun je de tafels zelf trainen: tik 7 x 8 in en voordat je op de =toets drukt probeer je zelf het antwoord te geven. Zoek uit welke tafelsommen het lastigst zijn, en oefen die extra. Maak bijvoorbeeld kaartjes met die lastige sommen: op de voorkant 8x9 op de achterkant 72

UITREKENPAPIER
Kladpapier mag je gebruiken, en soms moet het zelfs. Noem het maar uitrekenpapier, je grootste hulp bij het rekenen. Een leitje is misschien wel leuker om te gebruiken.
Schrijf mooie duidelijke getallen, dan maak je minder fouten.

GELD
Rekenen met geld doe je in het dagelijks leven het meest. Aftreksommen kun je daar mooi mee oefenen. Bij de kassa kun je proberen van tevoren uit te rekenen hoeveel geld je moet betalen of terug krijgt. Bijvoorbeeld: je moet 7,85 euro betalen en betaalt met een tientje. Hoeveel krijg je terug?

SCHATTEN
Je kunt een spelletje maken van schatten, dat is ook een rekenvaardigheid.
Bij veel sommen is het handig eerst te schatten wat er uit zal komen
Schat samen hoeveel de boodschappen in je mandje kosten.
Schat hoe lang je over een fietsritje zult gaan doen.
Schat hoeveel km een autorit is, voordat je het door de TomTom of reisplanner laat uitrekenen.

SPELLETJES
Bij veel bord- en kaartspellen komt rekenen om de hoek kijken. Laat je kind de punten optellen. Kies bewust spellen waarbij gerekend wordt: YAHTZEE, Darts.
Of bedenk je eigen spel.

HELP EEN ANDER
Mijn oudere leerlingen zet ik weleens in om jongere leerlingen te helpen. Als je iets uit kunt leggen aan een ander ben je alweer een stapje verder.

Veel rekenplezier!

zondag 25 januari 2015

ICT apparaten handig inzetten

Computers, smartphones en tablets kunnen prima worden ingezet bij het Leren.
Scholieren doen er vooral opzoekwerk en spelletjes mee; dat is goed, want daar leer je veel van.
Je kunt daarnaast op zoek gaan naar leerzame spelletjes en handige apps. Dan haal je nog meer uit de apparaten. Je hoeft er alleen maar tijd in te steken, en je krijgt er succes en mooie cijfers voor terug!

PowerPoint


Teksten en afbeeldingen kun je met tekstverwerkers als Word verwerken.
In Excel kun je moeiteloos prachtige grafieken en diagrammen maken.
En voor begrippennetten zijn ook programma's en apps als SimpleMind en iBrainstorm.
Voor presentaties bestaan: PowerPoint, Keynote, Prezi, Projeqt en Google Presentations;
of maak zelf een quiz over de leerstof met Interact of QuizBean.

Vraag aan docenten wat er allemaal nog meer voor hun vak te vinden is.

TIP: je kunt op deze manier goed samen leren met klasgenoten of vrienden